(Waarschijnlijk Enkhuizen 1533/1534 – 1606 Enkhuizen)
VROEGE STAAT VAN EEN ZEEWAARTSGERICHTE ZEEKAART
Beschrijvinghe vanande Zeeusche Eijlanden, soe die op hare strome(n) liggen, met een deel vanande zee custen van Vlaenderen enn(de) Hollant. = Insularum Zelandiæ, …
(Zeekaart van de kusten van Zeeland, het zuidelijke deel van Holland en een deel van Vlaanderen)
Leiden, Franciscus Raphelengius, 1586 of 1587 (gegraveerd 1583).
Grote gegraveerde zeekaart (32,.5 x 51.5 cm) van de kust en eilanden van Zeeland, met delen van de kusten van Zuid-Holland en West-Vlaanderen.
Met de titel in een cartouche, de schaal van Spaanse en Duitse mijlen in een kleinere cartouche, 4 kustprofielen, 4 provinciale wapenschilden, een kompasroos in de zee, loodlijnen, zandbanken, en schepen en zeemonsters in de zee, het geheel in een decoratieve rand.
Gegraveerd door: Joannes van Doetecum.
Van: Wagenaer’s Spieghel der Zeevaerdt, met een Latijnse beschrijving op één boekdrukpagina, en een gedecoreerde initiaal op de achterkant. In een passe-partout.1
1 New Hollstein, Van Doetecum III, nr. 796, staat III (van VIII); Koeman IV, blz. 472, punt 3b (zie ook Wag. 5A, 5B en 5C, de laatste zit in het supplement).
LUCAS JANSZOON WAGHENAER (VAN ENCHUIJSEN)
VROEGE STAAT VAN EEN ZEEWAARTSGERICHTE ZEEKAART
Een zeekaart van de kust van de Lage Landen, van Scheveningen en Den Haag (Zuid-Holland) in het noorden tot Nieuwpoort (West-Vlaanderen) in het zuiden, met de nadruk op de mondingen van de rivieren en in het bijzonder de tientallen eilanden van Zeeland, waarvan er vele sindsdien met het vasteland zijn verbonden als gevolg van dijkbouw en drainage.
De kaart is getekend tot een schaal van ongeveer 1:370.000, en bevat wapenschilden van de provincies Holland, Zeeland, Brabant en Vlaanderen (elk ongeveer 4.5 x 3.5 cm). Ontworpen voor gebruik door zeelieden, toont het zandbanken en diepten, samen met een reeks kustprofielen.
De gebouwen zijn vanuit vogelvlucht gezien en vertegenwoordigen steden en dorpen.
De kaart is getekend door Lucas Janszoon Waghenaer, de iniator van de zeeatlas, wiens naam zowel in de Nederlandse als de Latijnse vorm “Aurigarius” voorkomt, en gegraveerd door Joannes van Doetecum, een van de meest gerenommeerde vroege graveurs en etsers van de Lage Landen. De kaart verscheen voor het eerst in de eerste editie van Waghenaer’s Spieghel der Zeevaerdt uit 1584, uitgegeven door Christoffel Plantijn in Leiden. Deze zeekaart werd in 1587 gepubliceerd door Plantijns schoonzoon Raphelengius, de opvolger in Leiden toen Plantijn in 1586 terugkeerde naar Antwerpen.
Een prachtige kaart van de Nederlandse kust, met de eilanden Zeeland zoals ze waren in 1583.
De Speculum nauticum super navigatione neemt een unieke plaats in de 16e eeuw in omdat het de eerste zeeatlas met gedrukte kaarten is. Verder overtreft het elke andere zeeatlas van deze periode, met zijn prachtige presentatie van kaarten en tekst; als zodanig stond het als model voor de stuurmansgidsen van folioformaat met kaarten in de 17e eeuw. Dankzij de ongeëvenaarde vaardigheid van de graveurs, Baptist en Johannes van Deutecom, werden de originele grafieken van Waghenaer omgetoverd tot de mooiste kaarten van die periode. De compositie en de versiering hebben aanzienlijk bijgedragen aan de pracht van wat aanvankelijk eenvoudige schetskaarten waren; de typografie van drukkerij Plantijn in Leiden droeg verder bij aan de kwaliteit van de atlas.
In zijn concept volgt de tekst de traditionele samenstelling van de 16e-eeuwse stuurmansgidsen, maar de kaarten vormen een nieuw element. Een opmerkelijk kenmerk zijn de kustprofielen die langs de kusten op het land worden geprojecteerd, verder verlucht door profielen die in de open gebieden van de kaarten zijn getekend.
Er is geen bewijs dat Waghenaer zijn kaarten uit bestaande bronnen heeft gekopieerd. Sommigen van hen moeten gebaseerd zijn geweest op zijn observaties, en voor het hele werk moet hij hebben vertrouwd op zijn eigen rijke ervaring in praktische navigatie.
Zijn Spieghel der Zeevaert uit 1584 was een koploper in de maritieme cartografie. Voor het eerst werden standaardsymbolen voor ankerplaatsen, onderwatergevaren, bakens, kapen en boeien gebruikt naast het noteren van diepten en het weergeven van kustsilhouetten. De kaarten zijn gegraveerd door de gebroeders Lucas en Johannes van Doetecum. Het was een zeer succesvolle, nogal luxueuze editie in folioformaat die niet echt bedoeld was voor gebruik aan boord.
In 1588 kwam er een editie uit in Engeland: The Mariners Mirrour. Hiervoor zijn de kaarten gekopieerd door Jodocus Hondius en Theodore de Bry. Deze atlas werd zo populair dat zeekaarten en atlassen daar voortaan “Wagonner” werden genoemd.
Om de minder rijken van dienst te zijn verscheen in 1592 de Thresoor der Zeevaert, een editie met kleinere afmetingen die op zee werd gebruikt en waarvan slechts enkele exemplaren bewaard zijn gebleven.
Lucas Janszoon Waghenaer groeide op in Enkhuizen, een vissershaven in Nederland aan de Zuiderzee. Hij was een Noord-Nederlandse stuurman en werd beroemd als cartograaf. Het is bekend dat Waghenaer rond 1570 al betrokken was bij het tekenen van zeekaarten. De eerste indicatie van zijn cartografische activiteit was het plattegrond van de stad, gegraveerd door Harmen Hansz. Muller van Amsterdam en gedateerd 2 februari. 1577. Hij maakte verschillende zeekaarten en zeemansgidsen en werkte samen met zijn beroemde stadsgenoot Jan Huygen van Linschoten.
Lucas Janszoon Waghenaer doceerde ook nautische wetenschappen in Enkhuizen. In 1579 gaf hij zijn carrière als stuurman op en betrok hij een functie in de stad. Tegelijkertijd bereidde hij zijn kaartenboek voor. Het snijden van de platen kostte Lucas Janszoon Waghenaer een groot bedrag. Hij was constant op zoek naar leningen en moest kleine banen accepteren om de kost te verdienen. In het rijke stadje Enkhuizen was hij een arme man, op zoek naar steun in alle richtingen en vertrouwend op het succes van zijn belangrijke onderneming: de editie van de Spieghel der Zeevaerdt.
In 1583 ging het eerste deel van de ‘Spieghel’ naar de pers in de toen recent opgerichte drukkerij van Plantijn in Leiden. Hij droeg het werk op aan prins Willem van Oranje.
Op 25 januari 1584 liet hij bij de notaris een formeel document opstellen door een notaris: het gaf een verklaring over de betrouwbaarheid en originaliteit van de zeekaarten in de Spieghel der Zeevaerdt.
Lucas Janszoon Waghenaer bleef werken aan het voltooien van het tweede deel van de Spieghel. Ondertussen had het eerste deel veel succes gehad en werd het de eerste twee jaar meerdere keren herdrukt. Het werk werd later regelmatig heruitgegeven en was ook erg populair in Engeland. Waghenaer was toen al een beroemde man geworden. Kort na het verschijnen van zijn Spieghelformuleerde hij een plan om ook een verbeterde zeeatlas te publiceren. Dit zou de Thresoor der Zeevaerdt van 1592 worden. Naast de inkomsten uit zijn boeken ontving hij extra inkomsten uit de verkoop van losse portolaan kaarten.
In 1580 kreeg hij een patent voor twee grote kaarten van de kusten van Europa. Een van deze portolaan kaarten is de algemene kaart van de Spieghel der Zeevaerdt van 1584 en latere edities.
In 1592 vestigde Jan Huygen van Linschoten zich in de stad en schreef het dagboek van zijn reizen in Azië, dat hij in 1596 publiceerde.
Daarnaast hielp Van Linschoten Waghenaer bij het samenstellen van een andere nieuwe zeemansgids: de Enchuyser Zeecaertboeck, met belangrijke informatie over de kusten van Noord-Europa.
In 1598 werd Waghenaer benoemd tot lid van de commissie die was opgericht om een methode te vinden om de lengtegraad op zee te bepalen. Maar helaas moet hij in de laatste jaren van zijn leven in financiële moeilijkheden zijn geraakt. Hij stierf in 1606 en liet zijn weduwe in erbarmelijke omstandigheden achter.
De Spieghel der Zeevaerdt of Speculum nauticum super navigatione was de allereerste originele zeeatlas ter wereld. Hij vervaardigde deze atlas deels op basis van zijn eigen waarnemingen als stuurman en deels op basis van zijn grote dosis ervaring met navigeren. De tekst is gebaseerd op de traditionele zestiende-eeuwse zeemansgidsen, maar de kaarten vormen een geheel nieuw element. Dat gegeven maakt het boek tot ’s werelds eerste gedrukte zeeatlas.
Verder overtreft het elke andere zeeatlas uit zijn periode, met zijn prachtige presentatie van zeekaarten en tekst; als zodanig stond het in de 17de eeuw model voor de stuurmansgidsen met kaarten van folioformaat. Formaat en typografie waren echter overdreven volgens de smaak van de praktische zeevaarders van die tijd en Lucas Janszoon Waghenaer keerde in 1592 terug naar de traditionele, bescheidener zeeatlas in het langwerpige formaat: De Thresoor der Zeevaert.
Dankzij de ongeëvenaarde vaardigheid van de graveurs, Baptist en Johannes van Deutecom, werden de originele kaarten van Waghenaer omgetoverd tot de mooiste van deze periode.
De compositie en de versiering hebben aanzienlijk bijgedragen aan de pracht van wat aanvankelijk eenvoudige schetskaarten waren; de typografie van drukkerij Plantijn in Leiden droeg verder bij aan de kwaliteit van de atlas. In zijn concept volgt de tekst de traditionele samenstelling van de 16e-eeuwse stuurmansgidsen, maar de kaarten vormen een nieuw element.
Een opmerkelijk kenmerk zijn de kustprofielen die langs de kusten op het land worden geprojecteerd, verder opgehelderd door profielen die in de open gebieden van de kaarten zijn getekend. Er is geen bewijs dat Lucas Janszoon Waghenaer zijn kaarten uit bestaande bronnen heeft gekopieerd. Sommigen van hen moeten gebaseerd zijn geweest op zijn observaties, en voor het hele werk moet hij hebben vertrouwd op zijn eigen rijke ervaring in praktische navigatie.
Oosterzijweg 124
1851 PS Heiloo, Netherlands
Bezoek alleen op afspraak
Maandag tot en met vrijdag
Van 10:00 tot 18:00
© 2022 Rob Kattenburg
Website Mediya.nl