Het schilderij geeft een beeld van vijandelijkheden tussen een aantal oorlogsschepen op zee, geroeide galeien en dwarsgetuigde driemasters. Het enige stukje land dat te zien is, is een rots met daarop een kasteelachtig gebouw, geheel links aan de horizon. Vijf schepen op de voorgrond zijn in gevecht, twee galeien met Spaanse vlaggen, een Spaans galjoen in het midden en twee Hollandse oorlogsschepen, links en rechts. Daarachter zijn nog enige schepen te ontwaren, waaronder twee galeien en (gedeeltelijk) een Engels schip.
SPINOLA’S GALEIENVLOOT
Uit allerlei details is op te maken dat het hier gaat om het gevecht tussen Spaanse galeien en Hollandse oorlogsschepen voor de Vlaamse kust, niet ver van de zeestraat tussen Calais en Dover, op 3 oktober 1602. Deze actie staat in de Engelse literatuur bekend als de
Battle of the Narrow Seas. Het was de ontknoping van een poging om de positie van de Spaanse koning in de oorlog met de opstandige Nederlandse republiek te versterken.
In de zomer van 1602 vertrok een eskader van zes Spaanse galeien uit Lissabon (Portugal viel toen onder Spaans gezag) naar de Nederlanden. De bevelhebber was Federico Spinola, een Italiaanse edelman in Spaanse dienst, een jongere broer van de bekende veldheer Ambrogio Spinola. Aan boord waren 600 zeelieden, 1600 soldaten en rond de 1000 roeislaven. Bovendien was er een grote hoeveelheid geld aan boord, voor de betaling van Spaanse soldaten in Vlaanderen. Eindbestemming was de haven van Sluis, toen in Spaanse handen, in de monding van de Schelde en van groot belang voor de toegang naar Antwerpen. In Het Kanaal kreeg de Engelse vloot de galeien in het vizier. Besloten werd om, samen met de
Hollandse oorlogsschepen de galeien te onderscheppen. Het resultaat daarvan is te zien op dit schilderij, het zeegevecht voor de Vlaamse kust.
SCHEPEN IN GEVECHT
Het schilderij is tot op heden omschreven als een ‘gevecht tussen Hollandse en Spaanse schepen’. Er zijn voldoende aanwijzingen dat het hier om de zeeslag van 3 oktober 1602 gaat. De kunstenaar heeft een denkbeeldig standpunt gekozen, boven de Vlaamse kust, uitkijkend naar het westen. Het kasteel geheel links is het kasteel van Dover, net als op een contemporaine prent. Verder volgt de schilder die prent niet.
Hij heeft het gevecht in gecomprimeerde vorm weergegeven. Op de voorgrond zijn twee galeien te zien. Rechts waarschijnlijk de
San Felipe, die is overvaren door een Hollands schip en nu de volle laag krijgt van de
Halve Maen, het schip van vice-admiraal Jan Adriaansz Cant. Diens schip is ook zwaar beschadigd, de fokkemast ligt in het water naast het schip. De galei links is vermoedelijk de
Lucera, die hetzelfde lot wacht. Beide schepen werden overvaren en zonken.
Geheel links op het schilderij is een Nederlandse schip te zien, mogelijk is het admiraalsschip van Jacob van Duivenvoorde Obdam de
Orangie(boom) bedoeld. Dat schip, met de vlag van de Staten-Generaal aan de grote mast, was wel betrokken bij de onderschepping en achtervolging van de Spanjaarden, maar nam geen deel aan dit gevecht. Iets links van het midden is een groot Spaans oorlogsschip afgebeeld.
Op de spiegel is een staande figuur met aureool en een zwaard in zijn rechterhand afgebeeld: de apostel Paulus. Dit schip zou dus de naam
San Pablo moeten dragen. Helaas is er in de literatuur alleen sprake van zes Spaanse galeien, niet van galjoenen zoals dit vaartuig. Mogelijk is dit schip ontsproten aan de fantasie van de schilder of zijn opdrachtgever.1 Voor het overige kloppen alle details met de situatie van 3 oktober 1602, inclusief een Engels oorlogsschip op de achtergrond en nog enkele galeien.
Lijkt de situatie op het schilderij nog enige hoop voor de Spanjaarden te bieden – slechts één galei is reddeloos verloren – het resultaat was in werkelijkheid desastreus. Twee andere galeien werden in zinkende staat het strand bij Nieuwpoort opgedreven, één Spaanse galei leed schipbreuk bij Calais en alleen de galei
San Luis, met Spinola aan boord, wist, na een aanval door de Nederlanders toch nog de veilige haven van Duinkerken te bereiken, met de 36 kisten met geld aan boord.
Geschat dat rond de 2000 mannen omkwamen aan Spaanse zijde. Aan Nederlandse kant was er voornamelijk materiële schade. Deze zeeslag, en het vervolg in 1604, de Zeeslag bij Sluis, toonden aan dat galeien niet waren opgewassen tegen de grotere en zwaarder bewapende dwarsgetuigde schepen van de Hollanders en de Zeeuwen, ook al was een galei wendbaarder en niet afhankelijk van wind. Dit scheeptype speelde daarna geen rol meer in de oorlogsvoering.
VERWANTE AFBEELDINGEN
In de Republiek werd deze afrekening met de Spanjaarden als een grote overwinning gezien. De graveur Hans Rem (1566- na 1620), net als Andries van Eertvelt geboren in Antwerpen,maar al enige jaren wonend in Amsterdam, kreeg kort na het gevecht de opdracht van de Staten- Generaal om er een grote prent van te maken (Rijksmuseum RP-P-OB-80.631). Hendrick Vroom en Adam Willaerts vereeuwigden dit succes in schilderijen en diverse prenten zagen het licht, tot ver na deze gebeurtenis. Deze nu vrijwel vergeten zeeslag behoorde lange tijd tot de Nederlandse maritieme canon, vergelijkbaar met de Zilvervloot van Piet Hein en de Tocht naar Chatham.
VLAGGEN
Behalve de gebruikelijke rood-wit-blauwe vlag van de Hollanders zijn op de Nederlandse schepen twee gele (gouden vlaggen) te zien. Op het grote schip links is daarop vaag een oranje leeuw te zien met kromzwaard en zeven pijlen. Dit is de vlag van de Staten-Generaal, het orgaan waarbij de soevereine macht van de Republiek berustte en verantwoordelijk voor de gezamenlijke oorlogsvloot. Op de gele vlag van een Hollands schip op de achtergrond ontbreekt de leeuw, mogelijk verdwenen bij een eerdere restauratie. Verder voeren de Nederlandse schepen een rode vlag van de kampanje: het sein tot de aanval. De Engelse vlag
3 (wit met
St. George’s cross) aan de mast van een schip op de achtergrond is om onduidelijke redenen voorzien van twee extra rode stroken aan de boven- en onderkant.
Alle Spaanse schepen hebben vlaggen in verschillende kleuren, maar steeds voorzien van een diagonaal (Bourgondisch) kruis, soms in de vorm van een ‘takkenkruis’: de gebruikelijke Spaanse vlag. Het Spaanse galjoen voert bovendien een geel-rood gestreepte vlag, waarschijnlijk een patroon dat is ontleend aan het wapen van de Spaanse koning.
ANDRIES VAN EERTVELT
De toeschrijving van het schilderij is gebaseerd op stilistische overeenkomsten met het werk van de Antwerpse schilder Andries van Eertvelt. Zijn werk en dat van stadgenoten als Bonaventura Peeters toont aan dat de scheiding tussen ‘Hollands’ en ‘Vlaams’, zoals die in de schilderkunst vaak wordt gebezigd niet geldt voor de maritieme schilderkunst.
Veel van zijn oeuvre Andries van Eertvelt doet qua stijl denken aan Hollandse tijdgenoten als Hendrick Vroom, wiens werk hij ook heeft gekopieerd en nagevolgd. Dat hij een succesvol kunstenaar was valt op te maken uit het portret dat Anthony van Dyck schilderde en dat als prent door Schelte Adamsz. Bolswert werd verspreid (afb. 3). Het opschrift
Pictor triremium naviorumque maiorum Antverpiae (schilder van grote galeien en schepen te Antwerpen), spreekt voor zich.
Andries van Eertvelt woonde van 1628 tot 1630 in Genua en mogelijk is dit schilderij daar in opdracht vervaardigd: ook Spinola was afkomstig uit die stad. Dat zou kunnen verklaren waarom het schilderij eerder een boodschap van dapperheid uitstraalt dan van een roemloze nederlaag.
Ontdek meer over
Andries van Eertvelt genaamd Neantkens in zijn biografie.